2019: Behandeling onder de loep!
Op 11 oktober 2019 organiseerde NedKAD de conferentie ‘Behandeling onder de loep!’ In de Observant in Amersfoort kwamen 97 deelnemers bijeen voor een programma dat zich toespitste op de voor- en nadelen van psychotherapie, antidepressiva bij angst en depressie en lotgenotencontact. Sprekers waren onder anderen Frenk Peeters over psychotherapie, Christiaan Vinkers over medicatie en Sander Pronk over het patiëntenperspectief. Ook waren er workshops over afbouw van antidepressiva, het rotatiemodel bij psychotherapie en over rTMS-behandeling. Zoals andere jaren begon de conferentie met een aantal presentaties van recent onderzoek op het gebied angst, dwang, trauma en depressie.
Posterprijs voor arrIBA
Vijf posters konden tijdens de pauzes van conferentie worden bekeken. Het publiek kon stemmen op de poster die hen het meest aansprak. De winnende poster kreeg de publieksprijs. Dit jaar betrof het de poster over: Alternative treatment to Reduce chronicity in OCD: Research Into Brain response and Adequacy of treatment (arrIBA) van Nadja Wolf (GGZ Centraal). In het onderzoek worden de volgende vragen beantwoord:
- Is IBA even effectief als CGT?
- Is IBA beter te verdragen dan CGT?
- Wat zijn de neurocognitieve werkingsmechanismen van IBA?
- Zijn er klinische, demografische of neurobiologische kenmerken die behandelsucces voorspellen?
Gepresenteerde posters:
- Orale esketamine voor patiënten met een therapieresistente depressie. S.Y. Smith-Apeldoorn, J.K.E. Veraart, M. aan het Rot, J. Kamphuis, R.A. Schoevers (Universiteit van Groningen, Universitair Medisch Centrum Groningen). Download poster
- Doorbreek Dwang Digitaal. Personalized exposure and ESM feedback versus exposure as usual for OCD. Elena Hoogerwerf. (PsyQ Den Haag, Leiden University). Download poster
- De effectiviteit en veiligheid van psilocybine bij patiënten met een hardnekkige depressie. M. Hofman, J. Kamphuis, R.A. Schoevers, P. Ywema, M. Koolen, M. Somers, F. van der Does, N. van der Wee (Universitair Medisch Centrum Groningen, Universitair Medisch Centrum Utrecht, Leids Universitair Medisch Centrum). Download poster
- Alternative treatment to Reduce chronicity in OCD: Research Into Brain response and Adequacy of treatment (arrIBA). N. Wolf, E. Koenen, H. Visser, T. van Balkom, O, van den Heuvel, P. van Oppen (VU AMsterdam, GGZ Centraal). Download poster
- Treatment with esketamine nasal spray may provide additional advantages for patients suffering from TRD. Premika Boedhoe (Janssen)
Onderzoekspresentaties
EEG-biomarkers in depressiebehandeling en implementatie in een reguliere gezondheidszorginstelling. Door: drs. Nikita van der Vinne, Synaeda/Brainclinics/Universiteit Twente. Download presentatie
Subklinische EEG-afwijkingen en frontale alfa asymmetrie (FAA) bleken eerder potentiële predictoren te zijn voor behandeluitkomst met escitalopram, sertraline of venlafaxine. De eerste bevindingen van een lopend, naturalistisch opgezette studie naar de implementatie van deze EEG-maten in het diagnostiek- en behandelproces bij depressie werden gepresenteerd.
Kortdurende 4-8 daagse intensieve behandeling voor patiënten met obsessieve-compulsieve stoornis of paniekstoornis met of zonder een eerdere behandeling: een open trial naar effect en feasibility. Door dr. Mirjam Kampman, Pro Persona: Expertise Centrum voor angst, dwang en PTSS Overwaal. Download presentatie
In Overwaal werd een kortdurende intensieve ambulante behandeling voor OCD en paniekstoornis ontwikkeld. Inmiddels hebben meer dan 100 patiënten met OCS en 75 met paniekstoornis deelgenomen aan de behandeling. Voor en na de behandeling werden de Y-BOCS of PDSS afgenomen. Daarnaast werden na 3 en 6 maanden en één jaar opnieuw de klachtenschalen afgenomen. De resultaten van deze behandeling zijn goed en worden goed door de patiënt ontvangen worden. De opzet van de behandeling werd gepresenteerd.
Metacognitieve therapie bij obsessief-compulsieve stoornis. Door Kim Melchior, MSc., PsyQ / promovendus Erasmus Universiteit Rotterdam / specialismegroep angst&dwang Parnassiagroep. Download presentatie
Cognitieve gedragstherapie in de vorm van exposure met responspreventie (ERP) is de psychologische behandeling van eerste voorkeur bij patiënten met een obsessief compulsieve stoornis. Ondanks de aangetoonde werkzaamheid van ERP is verbetering van effectiviteit gewenst, gezien het relatief bescheiden percentage patiënten dat na ERP daadwerkelijk hersteld is van de klachten (60%). Een veel belovende nieuwe benadering binnen het cognitief gedragstherapeutische referentiekader is metacognitieve therapie. In deze presentatie werd deze benadering kort gedemonstreerd.
Verbeteren van gedeelde besluitvorming bij het bespreken van afbouwen van antidepressiva. Door Carolien Wentink, MSc., psycholoog en onderzoeker Radboud UMC. Download presentatie
Resultaten van de studie naar aspecten die de gedeelde besluitvorming bij het bespreken van afbouwen van antidepressiva kunnen verbeteren. Vanuit het perspectief van zowel patiënten als zorgprofessionals, via de methode concept mapping, zijn onderwerpen en thema’s gegenereerd die het gesprek tussen patiënt en professional over het al dan niet afbouwen van antidepressiva faciliteren.
Patients’ and professionals’ evaluation of a guided online relapse prevention program for anxiety and depression. Door drs. Esther Krijnen, GGZ inGeest, onderzoek en innovatie, afdeling Psychiatrie VUmc. Download presentatie
Omdat terugval bij angst- en depressieve stoornissen vaak voorkomt, is er een online terugvalpreventieprogramma ontwikkeld voor patiënten die hersteld zijn van een angststoornis of depressie, waarbij een praktijkondersteuner huisarts GGZ (POH-GGZ) begeleiding biedt. Er zijn gepaarde interviews gehouden met 13 patiënten en daarna met hun POH-GGZ om erachter te komen wat hun ervaringen met dit programma zijn. Hoewel het programma enthousiast wordt ontvangen, wordt het minder gebruikt dan verwacht. De POH-GGZ lijkt een belangrijke rol te spelen bij het motiveren van patiënten om met terugvalpreventie aan de slag te gaan.
Lezingen
Voor- en nadelen van psychotherapie. Door prof. dr. Frenk Peeters, hoogleraar Behandeling van stemmingsstoornissen, MUMC+: afdeling Psychiatrie en Psychologie. Download presentatie
Psychotherapie is een effectieve wijze van behandelen van depressie met goede korte en lange termijn effecten. In vergelijking met bijwerkingen van antidepressiva is over de mogelijke bijwerkingen van psychotherapie voor depressie heel weinig bekend. Aandacht voor het verminderen ervan kan niet alleen bijdragen aan vermindering van schadelijke effecten van therapie maar juist ook bijdragen aan vergroting van de effectiviteit van psychotherapie. Er is echter geen eensluidende definitie en de prevalentie is onbekend. Het kan gaan om ongewenste of schadelijke gevolgen van een behandeling of onprofessioneel gedrag van de psychotherapeut. Het schaarse onderzoek geeft aan dat naar schatting 5-10 % van de patiënten die zijn behandeld met psychotherapie daar op lange termijn negatieve gevolgen van ervaren. In deze lezing werd ingegaan op de diverse vormen van bijwerkingen van psychotherapie en de patiëntengroepen c.q. patiënt-karakteristieken die een verhoogd risico op bijwerkingen met zich mee brengen. Tot slot werden adviezen besproken die kunnen bijdragen aan het verminderen van bijwerkingen van psychotherapie.
Antidepressiva: vloek of zegen? Door dr. Christiaan Vinkers, psychiater Amsterdam UMC/ GGZ inGeest. Download presentatie
Over antidepressiva is traditiegetrouw veel te doen. Bij elke wetenschappelijke publicatie volgt een vertrouwde mediaschermutseling. Voor- en tegenstanders vliegen elkaar in de haren, de gebruikelijke mensen wordt naar hun vaak al even gebruikelijke mening gevraagd en kort-door-de-bocht-conclusies worden vaak niet geschuwd. Ondertussen blijven patiënten in verwarring achter: wie moeten ze nu geloven? Deze lezing zet feit en fictie op een rijtje als het gaat om antidepressiva met een gewogen oordeel van de wetenschap en concrete adviezen. Dat gaat over wanneer je voor een antidepressivum kiest, hoe goed ze werken, maar ook over hoe lang het duurt voordat ze werken. Is het zinvol om de dosering gedurende de behandeling op te hogen? En wanneer wissel je precies van antidepressivum, en hoe doe je dat? Leiden antidepressiva tot agressie en suïcidaliteit? En wanneer bouw je antidepressiva weer af, en hoe doe je dat? Laten we het antidepressivadebat inhoudelijk voeren op basis van eerlijke cijfers en openheid over de beperkingen in het bewijs. De gepolariseerde toon zorgt dat patiënten uiteindelijk niet meer weten wie ze moeten geloven. Er zijn goede redenen zijn om géén antidepressiva te gebruiken, maar ook goede redenen om ze wél te gebruiken. Maar bovenal: als je antidepressiva voorschrijft, doe het op een logische manier die in overeenstemming is met het wetenschappelijk bewijs.
Delen is herstellen! Door Sander Pronk, directeur Angst Dwang en Fobie stichting en Twan van der Steen, ervaringsdeskundige
Herstel is breder dan remissie. Herstel is het te boven komen van een angststoornis als een ingrijpende gebeurtenis in het persoonlijk leven. Het betekent dat geluk beleven (kwaliteit van leven), doelen nastreven (zingeving) en het hebben van zinvolle relaties en activiteiten (sociaal-maatschappelijk participeren) in de behandeling worden meegenomen of behandeldoel kunnen zijn. Van hulpverleners wordt verbinding en creativiteit gevraagd om samen met de patiënt vormen van behandeling of begeleiding te vinden of te ontwikkelen die op de vraag van patiënten en/of hun naastbetrokkenen aansluit (Zorgstandaard Angstklachten en angststoornissen). De ADF stichting werkt steeds meer samen met hulpverleners bij het inzetten van ervaringsdeskundigheid bij herstelondersteunende zorg. Naast (h)erkenning biedt het delen van (herstel)ervaringen biedt perspectief en praktische ondersteuning; delen is herstellen!
Workshops
Het therapeutrotatiemodel in de behandeling van PTSS. Door drs. Pauline Jacobs, klinisch psycholoog en psychotherapeut Pro Persona, Overwaal Expertisecentrum angst, dwang en PTSS
Binnen het therapeutrotatiemodel wordt één patiënt door een team van therapeuten behandeld, waarbij het dan een individuele traumabehandeling betreft. Dit model druist in tegen de opvatting dat er een vertrouwensband tussen patiënt en diens behandelaar dient te worden opgebouwd alvorens traumagerichte behandeltechnieken in te zetten bij (ernstig) getraumatiseerde patiënten. In deze workshop werd het therapeutrotatiemodel uitgelegd en werden er rollenspellen gedaan, waarbij deelnemers korte imaginaire exposure-oefeningen op elkaar toepasten. Het doel daarvan is om eigen opvattingen (van therapeuten) over het therapeutrotatiemodel onder de loep te kunnen nemen.
Mogelijke strategieën bij het afbouwen van antidepressieve medicatie (ADM). Door Carolien Wentink, MSc., psycholoog en onderzoeker Radboud UMC
Welke verwachtingen, mogelijkheden en onmogelijkheden kun je tegenkomen bij het ondersteunen van patiënten die hun antidepressiva willen afbouwen? Hoe zou je deze kunnen begeleiden? Aan bod kwamen onder andere: -psycho-educatie ten aanzien van afbouw ADM en mogelijk nocebo-effect; -motivatoren van de patiënt om al dan niet te willen afbouwen; -dosering, tempo en individuele afbouwschema’s; -signalerings- en terugvalpreventieplan; -omgaan met onttrekkingsverschijnselen en kans op terugval; -omgaan met mogelijke terugkeer van (voorheen afgevlakte) emoties; -vormen van persoonlijke begeleiding; -monitoring.
rTMS bij de behandeling van depressie: achtergronden huidige stand van de evidentie en nieuwe ontwikkelingen. Door dr. Martijn Arns, directeur en onderzoeker: Onderzoeksinstituut Brainclinics en onderzoeker Afd. Experimentele Psychologie, Universiteit Utrecht.
Sinds medio 2017 komt rTMS (repetitieve transcraniële magnetische hersenstimulatie) in combinatie met cognitieve gedragstherapie voor vergoeding in aanmerking voor de behandeling van therapieresistente depressies in de specialistische ggz in Nederland. In deze workshop werd een korte introductie gegeven van wat rTMS is, gevolgd door aanbevelingen voor de toepassing bij depressie alsmede nieuwe ontwikkelingen inzake personalisering en optimalisering van de rTMS behandeling.
Accreditatie
Accreditatie is toegekend door Verpleegkundig Specialisten Register (5 punten), de FGzPt (7 punten), VGCt (5 punten), NVvP (5 punten) en het Kwaliteitsregister V&V en Register Zorgprofessionals (5 punten).