{"id":19385,"date":"2021-12-22T14:19:40","date_gmt":"2021-12-22T13:19:40","guid":{"rendered":"https:\/\/nedkad.nl\/nieuws\/therapie-gericht-op-autonomie-helpt-angststoornissen-te-verminderen\/"},"modified":"2024-04-18T15:06:59","modified_gmt":"2024-04-18T13:06:59","slug":"therapie-gericht-op-autonomie-helpt-angststoornissen-te-verminderen","status":"publish","type":"nieuws","link":"https:\/\/nedkad.nl\/nieuws\/therapie-gericht-op-autonomie-helpt-angststoornissen-te-verminderen\/","title":{"rendered":"Therapie gericht op autonomie helpt angststoornissen te verminderen"},"content":{"rendered":"
Een belangrijke ontdekking van promovenda Laura Kunst (Tilburg University): therapie gericht op autonomie is effectief bij het behandelen van angstklachten. Niet alleen de stoornis zelf vermindert, maar het heeft bredere effecten. Zo verbetert het zelfbeeld.<\/p>\n
Autonomie is een psychologisch begrip. Wat verstaan we eronder? Dat je in staat bent om je eigen behoeften, wensen en meningen te voelen, te uiten en af te stemmen met de mensen om je heen. \u0091Autonomie bestaat uit drie onderdelen\u0092, aldus Kunst. De eerste is zelfbewustzijn: de beleving van je eigen identiteit. Van wie je bent en wat je doet, denkt, voelt of hebt meegemaakt. De andere twee onderdelen zijn gevoeligheid voor anderen en het vermogen om goed met nieuwe situaties om te gaan.<\/p>\n
Eerdere onderzoeken laten al zien dat mensen met een angststoornis regelmatig autonomie-problemen hebben. Zij vinden het bijvoorbeeld lastig om hun grenzen aan te geven, delen hun mening niet of minder snel en handelen zelden naar hun wensen en behoeften. Kunst: \u0091Het komt ook voor dat angstige mensen zich afhankelijk opstellen of vrijwillig vervelende klussen doen voor anderen.\u0092 Er is dus een relatie tussen angst en verminderde autonomie, maar veroorzaakt de \u00e9\u00e9n het ander? Daarover valt helaas niets te zeggen; het is nog\u00a0onduidelijk wat het oorzakelijk verband is.\u00a0Vandaar dat de promovenda de relatie tussen autonomie en angst nader onder de loep neemt.<\/p>\n
Hiervoor vergelijkt de Tilburgse onderzoeker de resultaten van verschillende studies en voert ze drie laboratoriumonderzoeken uit. Belangrijk doel is om te ontdekken of mensen met autonomie-problemen heftiger reageren op stress dan mensen met een gezonde autonomie. Bovendien nam ze vragenlijsten af bij 5.367 deelnemers over de samenhang tussen autonomie en zelfwaardering. In een klinische trial onder 129 cli\u00ebnten werd vervolgens het effect van therapie gericht op autonomie vergeleken met de gouden standaard Cognitieve Gedragstherapie (CGT).<\/p>\n
Belangrijke conclusie was dat mensen met grote autonomie-problemen vaker last hebben van negatieve gevoelens en gedachten over zichzelf. Zij kampten ook vaak met angsten en depressieve klachten. Opvallend: deze negatieve zelfwaardering hield meestal langer dan tien jaar aan. Het betreffen hier dus langdurige klachten. Mensen die heel autonoom zijn, waarderen zichzelf positief en hebben over het algemeen een betere psychische gezondheid.<\/p>\n
Gezonde autonomie lijkt dus samen te gaan met minder angstklachten. De vervolgstap van Kunsts onderzoek was daarom om de effectiviteit van de op autonomie gerichte therapie vast te stellen. De uitkomst: beide behandelingen zijn even (kosten)effectief voor angststoornissen \u00e9n brede uitkomsten zoals verbeterde autonomie en zelfwaardering. W\u00e9l is Autonomy Enhancing Therapy (AET) goedkoper: het deed het iets beter als het aankomt op gezondheidszorg en verlies van productiviteit.<\/p>\n